Open avond: Tweedegraads lerarenopleiding Nederlands

Voor de collegemiddag en -avond, bestudering van de theorie, voorbereiding van toetsen en opdrachten en de stage van minimaal 6 lesuren moet je rekenen op gemiddeld 20 uur per week. 

De verkorte Tweedegraadslerarenopleiding Nederlands is opgezet om studenten die al een lesbevoegdheid (eerstegraads/tweedegraads/primair onderwijs) hebben, op te leiden tot vakdocent Nederlands. De nadruk ligt daarom op de vakinhoud en de vakdidactiek.

Studenten lopen twee jaar, minimaal 6 lesuren in de week stage op een school voor voortgezet onderwijs of middelbaar beroepsonderwijs. Je geeft dan les in het vak waarin je bevoegd wilt worden. Je zoekt zelf een stageschool. Veel van onze studenten hebben overigens al een baan als docent Nederlands.
Je hebt de volledige verantwoordelijkheid over verschillende klassen in het voortgezet onderwijs of het middelbaar beroepsonderwijs en draait als volwaardig lid van het docententeam mee. Je staat er niet helemaal alleen voor. Je kunt terugvallen op een collega-vakdocent op de school waar je stageloopt of werkt. Vanuit de lerarenopleiding is er altijd een stagebegeleider die jou een aantal keren bezoekt op je school.
 

Aan de toelating voor de Tweedegraadslerarenopleiding Nederlands worden eisen gesteld. Je wordt toegelaten als je in het bezit bent van een eerste- of tweedegraads onderwijsbevoegdheid of een pabodiploma. Zij-instromers kunnen toegelaten worden op basis van  een geschiktheidsverklaring.
In het intakegesprek wordt gekeken hoe je vooropleiding aansluit bij de gewenste bevoegdheid.

In de opleiding staan de vakinhoudelijke modules en de stage centraal. De opleiding duurt 2 jaar en bestaat uit 14 modules rond drie vaklijnen: letterkunde, taalkunde en taalbeheersing en onderwijskunde.

In de eerste fase (eerste halfjaar) wordt er onder meer gewerkt aan vakinhoudelijke en didactische competenties gericht op de specifieke doelgroep. Je loopt minimaal 6 uur per week stage in het voortgezet onderwijs of mbo en legt een portfolio aan. In de hoofdfase (een jaar) loop je ook minimaal 6 uur stage, werk je aan je portfolio en word je begeleid door een professionele docent Nederlands. De laatste fase van de opleiding bestaat uit de afstudeerfase (laatste half jaar) waarin je een afstudeerdossier maakt. De opleiding wordt afgesloten met een eindgesprek op basis van het afstudeerdossier.