- Code
L.10343
- Studiebelastingsuren
84
- Taal
nl-NL
- Kwartiel van uitvoering
4
Constructies moeten doorgerekend kunnen worden of ze sterk en stijf genoeg zijn. De sterkte van een constructie geeft hierbij aan bij welke belasting een constructie bezwijkt (stuk gaat), de stijfheid geeft aan hoeveel een constructie vervormd onder een bepaalde belasting. Dit is erg relevant voor mechatronische systemen, want als iets vervormt, kunnen (precisie)bewegingen niet goed uitgevoerd worden. Door meer materiaal toe te voegen kan je een constructie sterker en stijver maken, maar hierdoor wordt deze ook zwaarder, waardoor (precisie)bewegingen ook weer lastiger worden. Het is dus zaak om een constructie sterk genoeg, maar niet té sterk te ontwerpen. Bij sterkteleer ga je bepalen welke interne spanningen er optreden, en of een constructie vervormd of misschien wel bezwijkt onder bepaalde belastingen. Bij sterkteleer kijken we hoe deze belastingen leiden tot spanningen en vervormingen, en analyseren we ook vervormde onderdelen.
Competenties
- LED competentie
Leerdoelen
- Traagheidsmomenten van oppervlakken bepalen en het belang voor de belastbarheid van een constructie aangeven;
- Rek, spanning en vervorming in constructies berekenen op basis van de inwendige belasting van een constructieonderdeel;
- De begrippen normaal- en schuifspanning hanteren op grond van de analyse van de inwendige belasting van een constructiedeel;
- De begrippen rek en afschuifhoek hanteren in relatie tot normaal- en afschuifspanning;
- De maximaal toelaatbare spanning van een materiaal gebruiken voor het ontwerpen van constructies/verbindingen.
- De vervorming van een constructie bepalen, die belast wordt met meerdere axiale belastingen;
- De relatie tussen de begrippen rek en spanning hanteren in de vorm van de Wet van Hooke, gecombineerd met het begrip dwarscontractiecoëfficiënt;
- De optredende spanningen en vervormingen bepalen in een constructiedeel als gevolg van wringing (torsie);
- Bij het ontwerpen van assen rekening houden met de vermogensoverdracht;
- De optredende spanningen bepalen in een constructiedeel als gevolg van buiging (eventueel in twee vlakken);
- Een buigmomentlijn (V- en M- lijn) construeren voor een as of balk die belast wordt op buiging;
- De vervorming (helling en verplaatsing) bepalen van balken en assen onder een buigbelasting.
Werkvorm
| Code | Naam |
|---|---|
| HC | Hoorcollege |
| T.16206 | Sterkteleer |