ARC1: Fieldschool: Vooronderzoek

  • Code

    T.54959

  • Aantal ECTS credits

    5

De student stelt een portfolio samen waarin deelproducten worden opgenomen van alle onderdelen van de Fieldschool.
Toetsvorm Portfolio (PF)

Toetscriteria

  1. De student maakt kennis met verschillende methoden, technieken en (historisch) bronmateriaal die kunnen worden toegepast voor archeologische prospectie.
  2. De student kan een profiel en boormonster beschrijven conform de eisen die daaraan worden gesteld in de KNA en de Leidraad ASB. 
  3. De student is in staat om een veldadministratie (plaatsbepaling en sedimentbeschrijving) op te zetten en te onderhouden.
  4. De student is in staat een monster voor specialistisch onderzoek op een juiste manier te nemen en te documenteren.
  5. De student is in staat om de eigen velddata in een GIS uit te werken. 
  6. De student kan op basis van de velddata komen tot een globale interpretatie van lithologie, genese en stratigrafie van het aangetroffen sediment.
  7. De student is in staat een globale velddatering toe te kennen aan aangetroffen aardlagen.
  8. De student kan op basis van de velddata komen tot een inschatting van de conservering van organisch materiaal op een bepaalde locatie en diepte. 
  9. De student is in staat om op basis van veldwaarnemingen en (historisch) bronmateriaal een relatie te leggen tussen het huidige landschap en (pre)historisch landgebruik en inrichting. 
  10. De student is in staat een advies te geven over de locatie, diepte en gaafheid van archeologisch relevante lagen.