ARC2: Archeologisch Vooronderzoek

  • Code

    T.49935

  • Aantal ECTS credits

    5

Mondelinge toets individueel (cijfer) 
Toetsvorm Presentatie/Presentation/Präsentation (PR)

Toetscriteria

  1. De student kent de inhoud van het vigerende KNA-protocol Inventariserend Veldonderzoek Overig (land- enwaterbodems).
  2. De student kent de leidraden ASB, Karterend booronderzoek, Geofysisch onderzoek en Proefsleuven onderzoek.
  3. De student weet hoe een Inventariserend Veldonderzoek Overig technisch, procesmatig en inhoudelijk voorbereid en uitgevoerd wordt in water- en landbodems.
  4. De student weet welke technieken binnen het archeologisch vooronderzoek worden toegepast, zowel in landals waterbodems.
  5. De student kent de risico’s van het werken met boortechnieken en is bekend met de beschikbare hulpmiddelen die deze risico’s verkleinen.
  6. De student kent de systematiek voor het waarderen van archeologische vindplaatsen.
  7. De student heeft een basale kennis van de methoden voor archeologisch vooronderzoek en resultaten in het buitenland.
  8. De student weet op welke wijze de onderzoeksresultaten KNA-conform worden geanalyseerd en gepresenteerd.
  9. De student heeft theoretische kennis van het werken met (robotic) total station en landmeetkundige GPS.
  10. De student heeft kennis van de relevante KNA-specificaties m.b.t. meten en documenteren.