Praktijkleren 2

Competenties

• AGZ.ANP.C1: Klinisch handelen
• AGZ.ANP.C3: Samenwerking
• AGZ.ANP.C4: Organisatie
• AGZ.ANP.C5: Maatschappelijk handelen
• AGZ.ANP.C6: Kennis en wetenschap
• AGZ.ANP.C7: Professionaliteit

Leerdoelen

Praktijkleren 2

De Masterstudent:

• is in staat om zijn eigen praktijkleren vorm en inhoud te geven, in samenspraak met de praktijkopleider en coach;
• kan systematisch en hypothesegericht gegevens verzamelen;
• is in staat tot klinisch redeneren;
• kan de sixstepps methodiek hanteren bij het onder begeleiding voorschrijven van medicatie;
• is in staat tot het doen van lichamelijk onderzoek van hart, longen en buik;
• kan een anamnesegesprek voeren met patiënten die tot de doelgroep behoren;
• kan een evidence based zorg/behandelplan maken en hierbij onderbouwd gebruik maken van classificatiemodellen;
• kan adequate gesprekstechnieken toepassen bij het informeren van de patiënt over de medische zorg en de verpleegkundige zorg;
• is in staat tot het geven van een goede overdracht van de patiënt/cliënt;
• kan gebruik maken van ICT bij de dossiervorming;
• kan de patiëntveiligheid in de eigen werksetting beoordelen;
• is in staat tot het toepassen van effectieve consultvoering;
• is in staat tot het geven en ontvangen van feedback;
• is in staat om initiatief te nemen tot het leren;

handelt volgens richtlijnen en procedures opgenomen in protocollen en standaarden en afspraken met de praktijkopleider.

Werkvorm