Oud-directeur Jan Wolters vertelt over zijn Saxion-carrière
Na een indrukwekkende loopbaan heeft directeur Jan Wolters van de School of Commerce and Enterpreneurship (SCE) afscheid genomen van Saxion. Wij spraken nog één keer met een man die het liefste bezig was met onderwijsvernieuwing.
"Ik ben ooit begonnen als docent piano. In Zwolle, Assen en later aan het Conservatorium in Enschede. Vervolgens gaf ik methodiek en daarna werd ik afdelingshoofd, adjunct directeur en uiteindelijk, nadat het Conservatorium was opgegaan in de Hogeschool Enschede, directeur van Elektro- en Mediatechniek. Toen het Conservatorium naar ArtEZ ging, ben ik bij Hogeschool Enschede gebleven. Ik ben begonnen met muziek en dat is nog steeds mijn passie. Toen ik gevraagd werd voor de functie als directeur van Elektro- en Mediatechniek schrok ik wel even. Ik was heel even bang dat ik dan geen musicus zou zijn, maar musicus blijf je altijd. En eigenlijk was ik al onderwijsmanager en het leek me enorm leuk om dat eens met andere mensen dan musici te doen.
Onderwijs is dé manier van tegenwicht bieden
Een aantal jaren geleden is een studente van de opleiding Kunst en Techniek in Zuid-Afrika vermist geraakt. Ze was veertien dagen vermist en werd dood gevonden, vermoord door een psychopaat. Die veertien dagen waren echt vreselijk, dat zal me altijd bijblijven. Mijn collega is er heengegaan en sprak veel met familie en studenten, ik bleef in Enschede. Het is zo’n intensieve periode en die sluit je dan af, voor zover je dat ooit af kunt sluiten, met een bijeenkomst in de academie.
Het is vreselijk, een enorm negatieve ervaring, maar die zorgt er wél voor dat je je realiseert dat je met onderwijs met het tegengestelde bezig bent: mensen ontwikkelen. Zorgen dat dit soort dingen niet meer kunnen gebeuren. Je levert een bijdrage aan jonge mensen die zich aan het ontwikkelen zijn en dat staat haaks op zo’n vreselijke gebeurtenis.
Het is een voorrecht om bezig te zijn met onderwijs. Studenten komen binnen en zijn op zoek naar zichzelf. Dat besef keert altijd weer terug en ik heb nooit het gevoel gehad dat ik niet meer in het onderwijs wilde werken. Het is andersom: juist omdat dit soort dingen gebeuren is onderwijs dé manier van tegenwicht bieden. Onderwijs zorgt voor een betere wereld en het is de basis van alles.
We waren echt een gemeenschap geworden
Het allermooiste van mijn vak was plannetjes maken. Voor nieuwe studierichtingen of opleidingen. En dat je dat dan uit kunt voeren en dat het een succes wordt. En dan met name als je bezig bent met onderwijs wat zijn eigen werkveld nog moet creëren. Ook de opleiding Media, Informatie en Communicatie (MIC) hebben we opgestart. Dat moet je dan helemaal ontwerpen en laten accrediteren. En dat dat dan uiteindelijk van start gaat en dat meteen een enorm succes is.
Één van de dingen waarop ik het meest trots ben is denk ik wel dat het gelukt is om van informaticaopleidingen, een textielopleiding, kunst en techniek, MIC, om eigenlijk van een hele grote academie tóch een gemeenschap te maken. Daar zaten we, in dat grote glazen gebouw, en we hoorden bij elkaar, mensen voelden zich écht onderdeel van de academie. En dat is niet mijn verdienste, hoor. Dat is het verdienste van een team. Ik ben er trots op dat dat óns gelukt is. Je moet niet de directeur gaan spelen, want dat helpt niet. Het team is essentieel, en voor je zo’n academie een ziel kunt geven moet je het team een ziel geven.
Ik heb het tijdens mijn afscheid ook gezegd: leidinggeven is een vervoeging van het woord vertrouwen. Zelfvertrouwen hoort daar ook bij, begrijpen dat andere mensen dingen beter kunnen dan jijzelf. Vertrouwen kun je niet verwachten en je kunt het ook niet kopen, je kunt het alleen maar geven en beschamen. En als je de juiste balans weet te vinden ontstaan er hele mooie dingen. Soms ook tot mijn stomme verbazing, hoor. En dan ben ik ontzettend trots op zo’n academie.
Ik vroeg me tijdens mijn afscheid soms af over wie het ging
Mijn afscheid was geweldig, zoveel lovende woorden. Ik heb me af en toe afgevraagd over wie dit nu eigenlijk ging. Je beseft het soms niet, als je bezig bent. Ik ben nog niet helemaal gestopt maar de kleine dingen die ik nu nog doe, die mogen eigenlijk geen naam hebben. Afscheid nemen is een hardnekkige bezigheid, zeker na 37 jaar. Het geeft tegelijkertijd ook enorm veel vrijheid.
Ik ben hartstochtelijk sportvisser en ga straks vissen in Lapland, Zweden en Noorwegen. Ik ga op mijn kleinkinderen van twee en vier passen. Tuinieren, piano spelen. Ik heb zoveel keuze. Daarnaast moet ik even laten bezinken wat er in de afgelopen tientallen jaren allemaal is gebeurd. Als ik hier zo rondloop en al die studenten zie, dan realiseer ik me dat ik dat ga missen. Dat mis ik al. Ik zal echter nooit iemand zijn die niet weet wat hij nu weer moet gaan doen. Ik heb geen hobby’s, ik heb passies. En dan ben je een gelukkig mens.”